Het wordt donker. Ik val, steeds dieper en dieper. Ik grijp om me heen, er is geen houvast, ik kan het niet meer stoppen.

Alarmbellen

Razendsnel reis ik terug in de tijd. Waar mijn hoofd het wel begrijpt gaan in mijn lijf alle alarmbellen af. Een diepe angst neemt het over. De angst om te verliezen, alleen achter te blijven is overweldigend. Pure doodsangst maakt zich van mij meester.

Ik ervaar paniek, ik huil, ik schreeuw, ik klamp vast, ik trek terug en vecht. Vecht om niet te verliezen. En in het gevecht verlies ik mezelf en alles om me heen.

Veilige plek

Iets in mij herinnert zich dat oude pijn vol geraakt wordt door nieuwe pijn en dat ik niet langer een meisje ben, maar een volwassen vrouw. Het lukt me, met alles wat ik geleerd heb, om door te ademen en in de storm van emoties een veilige plek te vinden in mezelf.

Ik besef me dat ik leef en dat ik niet alleen ben. Dat ik er ben om het meisje in mij op te vangen, vast te pakken en te koesteren.

Dat waar ik toen niet kon rusten in de armen van mijn moeder er nu vrouwen zijn die me vangen, dragen en steunen. Zelfs als ik val.

Nieuw verhaal

Dankbaar voor deze pijnlijke herkansing, waar ik heb mogen voelen hoe het is en was én heb ontdekt dat er altijd een veilige plek is voor mij. In mijzelf en daar buiten.

Dat ik niet alleen ben. Dat mijn oude verhaal niet langer klopt en het tijd is voor een nieuw verhaal.