Het is alweer jaren geleden dat ik voor het eerst hoorde over parentificatie. Ik was in behandeling bij een psycholoog vanwege stressklachten.

Verantwoordelijk voelen

Ik groeide op met een manisch depressieve moeder en een vader die hard werkte. Ze waren niet echt beschikbaar. Ik leerde al jong om het alleen te doen. Het was onvoorspelbaar omdat ik nooit wist wat ik zou aantreffen als ik thuiskwam. Ik voelde me verantwoordelijk, wilde voorkomen dat er ruzie kwam en mijn broertje verdrietig werd. Ik deed er alles aan om ervoor te zorgen dat mijn moeder zich goed voelde zodat het thuis fijn was.

Ouderrol

Als kind wist ik niet beter. Ik vond het normaal. Alleen als ik bij vriendinnetjes kwam merkte ik dat het anders was. Pas veel later ontdekte ik dat ik de ouderrol op mij heb genomen. Dat ik niet echt kind heb kunnen zijn. Lange tijd was ik bang om zelf kinderen te krijgen omdat ik bang was dat ik geen goede moeder kon zijn.

Dankbaar

Door therapie, coaching en zelfreflectie heb ik het steeds meer een plek kunnen geven. Ik zie nu wat ik heb gemist. En ben dankbaar voor wat het me heeft gebracht. Ik voel feilloos aan hoe het met de ander gaat en wat iemand nodig heeft. Een mooie kwaliteit die ik elke dag inzet in mijn werk als coach.

Verschillende vormen van parentificatie

‘Parentificatie kan verschillende vormen aannemen. 

1. Doe-het-zelfkind

Deze kinderen groeien vaak op in een gezin waar weinig structuur en onderling contact is. Soms zijn de ouders bijvoorbeeld verslaafd. Of ze zijn juist heel succesvol en superdruk, en willen alles hebben en doen. Het kind wordt vanaf jonge leeftijd constant bij vriendjes, kennissen of bij de opvang gedropt. Thuis neemt het kind misschien de zorg voor broertjes en zusjes op zich, doet huishoudelijke taken en moet ook nog proberen voor zichzelf te zorgen. Bij de ouders ontbreekt het aan rust en ruimte om de behoeftes van het kind waar te nemen en te vervullen.

2. Het gedresseerde kind

Hierboven las je over kinderen die min of meer aan hun lot worden overgelaten, maar het kan ook zijn dat je ’te veel’ wordt opgevoed. ‘Gedresseerde’ kinderen leven in een keurslijf. Hun levenspad is door hun ouders uitgestippeld en vormt voor de ouders vaak een kans om misgelopen kansen alsnog te grijpen. Kansen in sport, muziek, studie, de persoonlijkheid… Er wordt van het kind verwacht dat het iemand wordt die het niet is. Als hij niet aan de moraal van de ouders voldoet, krijgt hij te horen dat het aan hem ligt. Hij kan het nooit écht goed doen. Dit kan een enorme faalangst creëren.

3. Plaatsvervangende partner

Soms komen kinderen in een partnerrol terecht omdat de behoeftige ouder geen bevredigende relatie met zijn of haar partner heeft. Of omdat er geen andere partner is, na een scheiding bijvoorbeeld. Vaak gaat het hierbij om emotionele, opvoedkundige (voor broertjes en zusjes) en huishoudelijke taken die het kind moet dragen. Soms gaat het zo ver dat het kind in de partnerrol ook seksueel wordt misbruikt.

4. Kopp-kinderen en verplegers

Als een kind voor een ouder met een psychiatrische aandoening moet zorgen, noem je dat een Kopp-kind. Het kind helpt een ouder bijvoorbeeld op allerlei manieren met fobieën, paranoïde symptomen van schizofrenie, depressies of andere psychische problemen. Het kan ook zijn dat een kind een verpleger wordt voor fysiek zieke ouders. Natuurlijk kunnen ouders meestal niets aan ziekte doen en is het soms nodig dat een kind bijspringt. Zolang de ouders verantwoordelijkheid blijven nemen hoeft dit volgens Carolien Roodvoets niet schadelijk te zijn. Het wordt problematisch wanneer de hulp de draagkracht van het kind te boven gaat en er geen tijd en ruimte meer is voor zijn of haar ontwikkeling.

5. Bemiddelaars, waakhonden en koppelaars

Wanneer er sprake is van conflicten tussen ouders, willen ze soms allebei het kind aan hun zijde krijgen. Het kind komt daardoor klem te zitten, want het wil beide ouders trouw zijn. Het kan ook zijn dat het kind juist langdurig bij één kant betrokken wordt en er zo een soort coalitie ontstaat tussen een van de ouders en het kind. Als één van de ouders de ander verdenkt van iets, worden kinderen soms ook ingezet als waakhond. Het kind moet dan onderzoeken of er bijvoorbeeld geen sprake is van ontrouw of of een ouder niet stiekem gokt of drinkt. Als ouders gescheiden zijn of als er een echtscheiding aan zit te komen, nemen kinderen soms de rol van koppelaar aan. Ze willen er alles aan doen om hun ouders weer bij elkaar te brengen. Vooral wanneer de ouders zelf niet zeker zijn van hun beslissing en steeds een reparatiepoging doen, is de kans groot dat kinderen hierin verstrikt raken.

6. Boksbal

Sommige ouders zoeken een boksbal om hun opgekropte frustratie over het leven op los te laten. Een kind is een makkelijk doelwit: het slaat (letterlijk en figuurlijk) meestal niet terug en kinderen doen nu ook eenmaal weleens dingen die niet mogen. Het kan bijvoorbeeld zo zijn dat een kind stiekem iets doet wat niet mag, waar de ouder buitenproportioneel bestraffend op reageert. Het kind heeft dan echter geen harde straf nodig, maar ondersteuning bij het ontwikkelen van discipline. Het kan ook zo zijn dat het kind helemaal niets verkeerd doet, maar dat de ouder gebruik maakt van manipulatie om het kind iets anders wijs te maken. Het kind geeft de (narcistische) moeder bijvoorbeeld geen compliment ergens over, en de moeder weerhoudt als straf haar liefde en wordt boos. Als een kind de boksbal is in het gezin ontstaat er soms ernstige mishandeling.

7. Bliksemafleider

Er zijn kinderen die helpen op een manier die niet direct als helpen wordt gezien, vooral niet door hun eigen ouders. Vooral intelligente kinderen en kinderen met hoogsensitiviteit voelen van jongs af aan feilloos aan wanneer er spanningen zijn tussen de ouders. Deze kinderen gaan soms lastig gedrag vertonen om hun ouders af te leiden van hun eigen problemen. Denk aan weigeren te gaan slapen, brutaal zijn of agressief gedrag vertonen. Het kind weet: mijn ouders hebben nu in ieder geval mij als gemeenschappelijk probleem. Ze moeten bij elkaar blijven om mij aan te kunnen.’ Bron: ‘Niemandkinderen’ van Carolien Roodvoets.